We zien de term “ouderschapsplan” regelmatig in de Belgische pers opduiken in artikelen over de echtscheiding en kinderen, en ook in de juridische praktijk begint dit woord ingang te vinden.
Uiteindelijk is het ouderschapsplan een term uit de Nederlandse wetgeving en rechtspraktijk: In Nederland dienen bij scheiding, de gehuwde en de geregistreerde ouders (met of zonder gezamenlijk gezag) en de samenwonende ouders met gezamenlijk gezag een ouderschapsplan op te stellen.
In dat plan moeten minstens afspraken staan over de omgangsregeling, de zorgregeling, de kostenregeling en hoe u elkaar informatie geeft over belangrijke onderwerpen, bvb over de schoolkeuze.
Facultatief kunnen er nog afspraken in opgenomen worden over wat je belangrijk vindt i.v.m. de kinderen zoals opvoeding, opvattingen over straffen, het contact met de grootouders en met andere familieleden, bepaalde leefregels (bvb over huiswerk, bedtijd enz.).
Belangrijk: wat je tot nu toe hierboven gelezen heeft is de regeling Nederland.
In België bestaat de term ouderschapsplan niet in de wet, noch in de rechtspraak en de rechtsleer, maar deze is blijkbaar vanuit Nederland overgewaaid en zorgt voor heel wat verwarring.
Bij ons in België is de term opgedoken naar aanleiding van een aantal voorstellen van volksvertegenwoordiger Sonja Beck, die de term daarin gebruikt wat de verwarring onder de veldwerkers alleen maar groter heeft gemaakt.
Het voorstel van mevrouw Beck is dat er in elke echtscheiding een ouderschapsplan dient opgemaakt te worden, zelfs in die gevallen waarin dat niet wettelijk verplicht is.
Op zich is dat uiteraard een goede zaak, doch in de voorstellen van mevrouw Beck gaat het hier niet enkel over de zaken die nu reeds moeten opgenomen worden, wat we een familiale overeenkomst noemen, zoals daar zijn de regelingen over het ouderlijk gezag, de verblijfsregeling en de alimentatie doch ook nog regelingen over opvoeding, zorg en wat te doen bij conflicten naar aanleiding van deze ouderschapsovereenkomst of wanneer er nieuwe problemen rijzen tussen de ouders.
Wij vinden het een goede zaak dat er bij de echtscheiding op grond van onherstelbare ontwrichting een verplichting komt om dit op te nemen, omdat ouders dan ook niet enkel dienen na te denken over de echtscheiding zelf, doch ook over hoe zij die echtscheiding kaderen in functie van hun kinderen.
Anderzijds zou deze verplichting niet beperkt mogen worden tot gehuwden (bij echtscheiding met onderlinge toestemming is dit wettelijk al verplicht), maar zou dit moeten uitgebreid worden naar alle ouders die nog geen regeling hebben afgesproken over hun kinderen en die soms jaren al uit mekaar zijn zonder fatsoenlijke regeling.
Hoe dikwijls merken we in de praktijk niet dat ouders soms vrij snel zonder regelingen uit mekaar gaan en dan mondeling afspreken dat ze dat met de kinderen wel “in onderling overleg” zullen regelen.
In de praktijk komt dit soms neer op een jarenlang gemarchandeer, gechanteer en machtsuitoefening om i.v.m. de kinderen het laken naar zijn of haar kamp te krijgen. Dit is uiteraard geen goede zaak voor de kinderen.
Als erkende familiale bemiddelaars van Scheiden via Bemiddeling zijn we gewonnen voor een verplichte overeenkomst voor alle ouders die uit mekaar gaan, gehuwden, wettelijk of feitelijk samenwonenden.
Het gaat niet over de vorm van samenleven van de ouders, doch over de kinderen wiens belang in eerste instantie dient te primeren.
Wat de terminologie daarentegen betreft dringen wij aan op klaarheid.
Als erkend bemiddelaar in familiezaken verstaan wij onder familiale overeenkomst alle afspraken die wettelijk kunnen en dienen gemaakt worden over het ouderlijk gezag over de kinderen, de verblijfsregeling van deze kinderen en de financiële kant van het plaatje over deze kinderen (kinderalimentatie, verdeling van kosten, kostenomschrijving, kinderbijslag, sociale voordelen, studiebeurzen en de fiscale aspecten hieromtrent).
In onze ogen is het ouderschapsplan de afspraken die de ouders (kunnen maar niet moeten) maken over de verdeling van zorg en opvoeding, de informatieverstrekking, ideeën over de opvoeding of opvattingen over belonen en straffen, regels i.v.m. bedtijden en huiswerk en communicatie hierrond.
Vooral wanneer er jongere kinderen bij betrokken zijn, menen we dat de taak van elke familiale bemiddelaar is om de ouders hierin te stimuleren om tot afspraken te komen en deze mee op te nemen als een apart deel (als ouderschapsplan) in het kader van de familiale overeenkomst.
Door over dit ouderschapsplan na te denken, hierover te communiceren en afspraken te maken, worden de ouders naar mekaar toe gestimuleerd om over hun ouderschap na te denken en dit samen vorm te geven.
Dit is een oefening in ouderschap die alle scheidende ouders samen zouden moeten maken.
Ook voorzien wij steeds in onze familiale overeenkomst wat er precies dient te gebeuren wanneer de ouders het niet eens zijn, of wanneer er nieuwe omstandigheden zijn en de ouders daar niet uit geraken: we trachten de ouders ervan te overtuigen dat dat het moment is om terug naar een erkende familiale bemiddelaar te stappen.
Dit laatste heeft niet alleen het voordeel dat zij alsdan gemakkelijker tot een nieuwe overeenkomst zullen komen, doch dat deze nieuwe overeenkomst op een juridisch onderbouwde en sluitende manier opgesteld wordt en zonder bijkomende kosten door de Familierechtbank gehomologeerd kan worden in het kader van de blijvende saisine.